Het avondeten ging rustig verder, alleen ik deed niet echt mee. Ik keek strak voor me uit zonder dat iemand opmerkte dat ik pas net weer wat kleur terug begon te krijgen in mijn gezicht. Ik begon een beetje van de schrik te bekomen en lepelde langzaam mijn rijst met prutje naar binnen. Mijn moeder maakte altijd rijst met prutje, niet echt smerige prut, maar gewoon een tomaten saus met gehakt en wat groenten, dat heet bij ons thuis prutje. Zoey, mijn zusje, en mijn ouders waren druk in gesprek over hun belevenissen van de dag, die zoals gewoonlijk totaal langs me heen gingen. Plotseling spitsten mijn oren zich, alsof je een geluid hoort wat niet past in je omgeving. Maar het was niet een geluid wat niet hoorde in onze keuken, het was de naam Soeke die ik hoorde vallen in het voorkort saaie gesprek van mijn ouders.
“Een aardige vrouw, Claire Soeke. Is verhuist vanuit Friesland ergens speciaal naar deze stad omdat haar man hier een baan werd aangeboden bij de politie.” hoorde ik mijn moeder zeggen.
“Waarom wilde ze die man helemaal uit Friesland hier naartoe halen dan?” vroeg mijn vader. Waarschijnlijk net zo verbaasd over het feit dat een man helemaal vanuit een klein dorpje in Friesland wordt overgehaald hierheen te komen.
“Hij blijkt een van de beste forensisch inspecteur te zijn van het land.” antwoordde mijn moeder opgetogen, alsof hij de hoofdprijs was in de loterij voor nieuwe stadsbewoners.
“Ze wilde graag de beste hebben omdat het percentage criminaliteit erg sterk toeneemt de laatste jaren.” ging ze opgetogen verder. Waarschijnlijk had ze dat allemaal opgepikt uit een van de honderd roddelcircuits waar ze deel van uit maakte. Maar toch bleef ik aandachtig luisteren.
“Nou, ben benieuwd of zo’n boere pummel er wat van bakt in de grote stad.” mompelde mijn vader argwanend.
“Dat ze in een boeren gat hebben gewoond betekend niet dat ze niet zijn opgeleid Ed!” mopperde mijn moeder. “Claire is trouwens een geweldige kunstenares. Ze maakt prachtige schilderijen!” ging ze snel over van onderwerp. Zelf wekte Marie al jaren in een kunstatelier waar verschillende kunstenaars een deel af konden huren om hun kunst te maken, tentoon te stellen en eventueel te verkopen. De meeste van hen waren vrouwen en bleven er langer werken dan gepland omdat ze bevriend raakten. Sommige waren echter echte doorreizigers en bleven niet langer dan een paar maanden. Ik was benieuwd hoe het zou gaan met Claire Soeke…
“Dan moet ik maar weer eens een keer langskomen.” Zei mijn vader. Aan zijn ogen zag ik dat het meer uit beleefdheid was dan echt uit interesse, maar mijn moeder had volgens mij niets door. Die glimlachte en ging verder met eten.
“Hun dochter zit bij mij in het jaar, Myra heet ze.” zei ik zomaar uit het niets. Maar mijn ouders vonden het niet gek dat ik me spontaan in het gesprek mengde.
“Wat leuk! Is het een aardig meisje?” vroeg Maria. Dat is altijd het eerste wat ze aan me vraagt als het over nieuwe mensen gaat. Of ze aardig zijn, alsof iemand op zijn eerste schooldag ooit zijn ware-ik vertoont.
“Een beetje stil, maar ik denk wel dat ze aardig is.” antwoordde ik, om te voorkomen dat ik weer gekke dingen zou zeggen. Maar mijn nieuwsgierigheid kon ik niet helemaal onderdrukken. “Mag ik ook mee naar het atelier?” vroeg ik poeslief. De laatste keer dat ik met mijn moeder naar haar atelier was geweest, was zeker een jaar geleden. Niet dat ik niet van kunst hield. In tegendeel, behalve zelf tekenen vond ik het geweldig te zien wat anderen er van bakte. Maar het atelier van mijn moeder was niet alleen een bron van nieuwe stromingen kunst. Het was ook een roddel fabriek. Dat krijg je als je een stuk of acht vrouwen bij elkaar zet, dan komen de roddels vanzelf.
“Dat is lang geleden ja, dat je mee bent geweest.” zegt Maria, ineens erg oplettend.
“Een jaar of zo. Wordt tijd dat ik weer eens kom kijken.” met een glimlach kijk ik haar aan. Ik zie aan haar gezicht dat ze het fijn vind dat ik weer een keer langs wil komen. De bijbedoelingen kent ze gelukkig niet. Het ontmoeten van Claire Soeke. Waarom ik zo graag meer wil weten over de Soekes weet ik niet. Waarschijnlijk is er toch niks interessants te achterhalen, maar daar kom ik dan snel genoeg achter. Want mijn moeder antwoord, wat ik allang had geraden.
“Dat klopt, gezellig. Morgen middag ben je vroeg uit toch, kom je dan uit school even langs?”
“Is goed, dan ben ik er om drie uur denk ik.”
Dat was het wel weer qua gesprekken aan tafel. De rest van het eten werd stil opgegeten op een paar inhoudsloze babbeltjes van mijn zusje na.
Die nacht werd ik een paar keer met schokkende ademhaling wakker, maar geen levensechte nachtmerries meer. De volgende ochtend werd ik rustig wakker en ging volgens het normale ritueel naar school. Op weg naar school stonden de koeien niet eens in de wei dus ik hoefde me nergens zorgen over te maken. Het was echt alleen maar een droom geweest.
Op school aangekomen was alles zoals gewoon. Alleen ik voelde me alsof ik voor het eerst weer binnen stapte op school. Alsof alles veranderd was en iedereen nieuw. Mijn maag maakte zelfs een sprongetje van de zenuwen. Ergens realiseerde ik me dat het niet kwam omdat ik de school ineens anders vond, maar omdat ik benieuwd was of ik veel lessen met mijn nieuwe klasgenootje zou volgen… Ik verklaarde mezelf een aantal keer voor gek en er gingen een paar opties door mijn hoofd zoals: mijn hoofd tegen de muur slaan totdat Myra uit mijn gedachten was, op de wc opsluiten als ze in hetzelfde lokaal les bleek te hebben en me ziek melden en pas weer naar school gaan als ik zeker wist dat ze me niks meer interesseerde. Ik was niet verliefd op haar aan het worden, dat voelde anders, tenminste als ik jongens leuk vond. Toch raakte ik totaal de kluts kwijt van haar. Toen ik de school binnenstapte hoopte ik bij haar in de les te zitten, maar nu begon ik toch te twijfelen of het wel zo gezond zou zijn of dat ik helemaal door zou draaien.
Op dat moment stapte ik de drempel van het scheikunde lokaal over en tot mijn opluchting zat Myra nog niet in het lokaal. Snel ging ik op mijn vaste plek zitten naast Ylse, achter in de klas. De laatste bel ging en meneer Uddel, de scheikunde docent, stond op om de deur dicht te doen.
“Kom snel binnen juffrouw Soeke.” riep hij de gang op. Mijn blik schoot naar de deur en mijn lichaam verstijfde.
“Dank u meneer.” mompelde Myra terug en ze glipte het lokaal snel in. Ze droeg een gewone spijkerbroek en een paars vest. Het was een doodgewone combinatie maar het stond haar perfect. Haar zwarte haren kleurde prachtig bij de kleur paars en haar zwarte ogen leken nog zwarter dan gister. Haar ogen schoten door de klas en het leek alsof ze even op mij bleven rusten. Snel zocht ze een plekje. Ze ging halverwege de rijen tafels zitten waar 2 banken naast elkaar vrij waren.
“Zou iemand zo vriendelijk willen zijn naast Myra te gaan zitten.” riep Uddel door de klas. Hij was misschien vergeten dat we ondertussen in 5VWO zaten en wel voor onszelf op konden komen want sinds de brugklas had geen leraar meer zoiets gênants gezegd.
“Dat is niet nodig meneer.” zei Myra helder en voordat iemand antwoord kon geven.
“Zeker weten?” vroeg Uddel nog een keer. Één klein knikje van Myra was voldoende hem te overtuigen en hij ging snel verder met de les.
Van de les heb ik niet veel opgemerkt, ik kon het niet helpen. Myra zat de hele les stil, maar dan ook echt perfect stil. Ze bewoog haar neusvleugels nieteens. Op een gegeven moment stootte Ylse me aan. “Je bent echt enorm aan het staren!” fluisterde ze me waarschuwend. Snel deed ik alsof ik de aantekeningen van het bord niet goed kon lezen en ze maar overschreef van haar. Ze grinnikte een beetje omdat ze me al lang door had. Ik kon me echter niet lang concentreren en al snel dwaalde mijn blik weer af. Myra had een perfect gezicht en ondanks dat ze ontzettend bleek was ze waarschijnlijk een meisje waar iedere jongen voor zou vallen. Op dat moment ging de bel en voor ik het wist had ze zich omgedraaid en keek me met haar zwarte doordringende ogen aan. Opnieuw kreeg ik kippenvel over mijn hele lichaam. Ik wendde mijn hoofd om mijn tas van de grond te pakken en toen ik weer haar kant op keek was haar plek leeg. Ze was al bij de deur en het laatste wat ik zag was een lok van haar zwarte haar.
“Wat doe je raar joh! Het lijkt wel of je verliefd bent op haar.” giebelde Ylse die haar tas al had ingepakt en me blijkbaar de hele tijd had aangstaard.
“Vind je ook niet dat ze… anders, is?” vroeg ik voorzichtig, haar commentaar ontwijkend.
“Ja, natuurlijk is ze anders. Ze is zo bleek als de maan maar ze ziet er heel gezond uit. Ik zou willen dat ik zo’n huid had met en zulk prachtig haar!”
“Maar voel je niks geks, als je bij haar in de buurt bent?” vroeg ik, aandachtig haar gezicht afspeurend om te kijken of ik kon peilen hoe idioot ze me vond en waar de grenzen lagen.
“Nee, ze straalt geen warmte uit maar verder niks bijzonders.” antwoordde Ylse. Waarschijnlijk dacht ze gewoon dat ik voor het eerst iets voelde voor een meisje en het niet goed kon plaatsten. Om te voorkomen dat iedereen zo zou gaan denken begon ik over iets anders.
“Zal wel aan mij liggen dan. Komt misschien omdat ik zo gek heb gedroomd vanacht…” zei ik.
“Oh! Wat dan?” vroeg Ylse over geïnteresseerd. Ze hapte precies zoals ik wilde.
“Over Jordi, uit de parallelklas. Ik had nog nooit over hem gedroomd, maar ik zie hem nu overal lopen.”
“Ow.. Ja, hij is best knap.” reageerde Ylse lichtelijk teleurgesteld. Ze had duidelijk verwacht dat ik had gedroomd over Myra en haar daarover zou vertellen.
“Ja, dat is waar. Maar goed, we zien wel..” zei ik om het gesprek te eindigen terwijl we de gang op liepen. Gelukkig dacht ze nu niet meer dat ik verliefd was op Myra. Maar ik moest wel echt beter op gaan letten dat ik niet te duidelijk naar haar staarde of zo, dat zou ook Myra afschrikken. Dat was wel het laatste wat ik er mee wilde bereiken.
De rest van de dag had ik geen lessen meer met Myra, wel met Jordi. Die had via via te horen gekregen dat ik over hem had gedroomd. Vandaar dat ik nooit ook maar een van mijn geheimen aan Ylse zou vertellen. Jordi bleek enigszinds geamuseerd te zijn met het feit dat ik aan hem dacht tijdens mijn slaap. Hij vroeg of ik misschien zin had om een keer warme chocolade melk te gaan drinken bij de nieuwe koffiebar in de stad. Niet omdat ik Jordi nou zo’n leuke jongen vind, maar meer omdat hij nog wel eens een goede alibi kon zijn als ik weer eens te lang naar Myra zou staren, heb ik ja gezegd.
“Kun je vanmiddag uit school?” vroeg Jordi.
“Nee, sorry. Ik ga langs het atelier van mijn moeder vanmiddag.”
“Oh. Morgen middag dan? We hebben allebei het laatste uur Frans, kunnen we daarna meteen door na de stad.” probeerde hij.
“Ja, is goed.” antwoordde ik, een zucht onderdrukkend. Ik zal wel moeten, dacht ik.
“Oké, zie ik je morgen!” zei hij terwijl hij richting de hoofduitgang van de school liep.
Ik sjokte de school uit naar mijn fiets en bedacht me toen weer waarom ik in de eerste plaats naar het atelier van mijn moeder zou gaan. Claire! Snel viste ik mijn fiets uit het fietsenrek tussen de 1000 andere fietsen en sprong erop. Ik racete het schoolplein af en bleef crossen totdat ik bij het atelier van mijn moeder was aangekomen. Hijgend stapte ik van de fiets af en deed de deur open.
Ik herkende haar meteen. Ze had prachtige zwarte haren en was net zo elegant als Myra. Dezelfde zwarte ogen die extra afstaken tegen de maan witte huid. Alsof ze me hoorde staren draaide ze zich om met een glimlach die haar perfect witte tanden te voorschijn toverde.
“H..Hallo.” stotterde ik ongemakkelijk.
“Hallo, jij bent vast Anna, de dochter van Maria.” zei Claire met een aaridge stem.
“Ja, dat klopt. Ik kwam even de kunst bewonderen.” De kunst bewonderen, kan ik nog dommere dingen bedenken vroeg ik mezelf af.
“Nou dan ben je op de juiste plek. Maria zit in haar kunsthok.” En ze knikte met een perfect elegante beweging in de richting van het kunsthok van mijn moeder. Natuurlijk wist ik al lang waar het was maar toch bedankte ik haar en liep snel door naar het hok van Maria.
Een kunsthok heet het maar het is eigenlijk meer een rommelhok. Overal lagen kwasten, stukken papier en tubes verf en andere kleurmiddelen. Zo was het altijd al geweest en zo zagen de meeste kunsthokken eruit. Iedere kunstenaar had zo’n eigen hokje waar ze in alle rust konden schilderen en hun privé eigendommen konden bewaren. De wanden van mijn moeders kunsthok hingen vol met papiertjes waarop verschillende probeersels waren geschetst. Ik had mijn teken talent duidelijk van mijn moeder geërfd en dat was dan ook wel iets waar ik haar eeuwig dankbaar voor was. Wel wist ik zeker dat ik nooit mijn hele leven zou wijden aan schilderen, het zou simpelweg te weinig zijn voor mijn hersenen die eeuwig willen kraken.
“Hoi mam!” riep ik zo vrolijk mogelijk toen ik binnenkwam.
“Dag schat, hoe was het op school?” vroeg ze, zoals altijd. Dus ik antwoordde zoals altijd:
“Goed hoor. Niks bijzonders.”
“Heb je zin in een kopje thee?” vroeg ze, alsof het niet had uitgemaakt wat ik had geantwoord omdat ze deze vraag toch daarna zou stellen.
“Ja lekker. Wat ben je nu aan het maken?” vroeg ik. Ik hoopte dat ze me een rondleiding zou geven zoals normaal zodat ik Claire nog een keer tegen zou komen en misschien wat meer te weten zou komen over de familie Soeke.
“Ik ben bezig met een schilderij, het staat daar in de hoek.” en ze knikte naar de rechterhoek van het hok terwijl ze water opzette voor de thee.
Ik liep naar het schilderij toe en bekeek het aandachtig. Het was een schilderij van een man. Hij zat op zijn knieën en had zijn armen en hoofd geheven naar de lucht alsof hij een of ander God om vergiffenis vroeg. De man zelf was slechts een omtrek omdat hij in de schaduw van een enorm gebouw zat. Het was geen slecht schilderij en het zou waarschijnlijk snel verkocht worden omdat mensen er het gevaar van de moderne samenleving in zouden kunnen zien maar zelf vond ik het niet zo speciaal. Behalve dan misschien dat mijn moeder het heeft gemaakt.
“Wat vind je ervan?” vroeg Maria terwijl ze me een kopje thee aangaf.
“Persoonlijk vind ik het niet je mooiste werk, maar het wordt zeker verkocht.” antwoordde ik eerlijk en keek naar mijn moeder om te zien wat ze van mijn eerlijkheid vond. Ze knikte, meer niet. Dat was voldoende voor mij om te begrijpen dat ze dankbaar was voor de eerlijkheid maar een beetje teleurgesteld dat ik het niet echt mooi vond.
“Geef je me zo weer een rondleiding door het hele atelier? Ik heb de rest ook al heel lang niet meer gezien.” zei ik en ik keer haar hoopvol aan.
“Sorry schat, daar heb ik nu even geen tijd voor. Ik moet dit schilderij af hebben voor het weekend en het kost nog een hoop tijd. Vind je het heel erg als je jezelf even rond moet leiden? Je weet de weg.” zei ze met een knipoog.
“Geen probleem!” zei ik, wat ik ook echt meende. Dan had ik tenminste de tijd om ongestoord rond te neuzen. “Dan zal ik je met rust laten.” ging ik opgewekt verder en ik vertrok.
Op mijn gemak liep ik door de verschillende ateliers en begroette hier en daar wat bekende gezichten. Voor ik het wist voelde ik al dat ik in de buurt kwam van Claire’s atelier. De deur was dicht maar niet op slot en ik besloot voorzichtig aan te kloppen. Geen gehoor. Mijn nieuwsgierigheid nam de leiding en ik deed voorzichtig de deur op een kier en gluurde naar binnen. Niemand te zien. Net als in een misdaad serie keek ik om me heen of er getuigen zouden zijn van mijn inbraak. De kust was veilig dus ik glipte het atelier in.
Binnen was het schemerig, alsof de ramen met grijs plastic waren afgeplakt om gluurders buiten te houden. Er waren maar 3 schilderijen, wat niet zo gek was aangezien ze pas net hier was komen werken. Op het eerste schilderij was een guillotine afgebeeld en een hele rij veroordeelde die stonden te dringen om hun kop te verliezen. Het leek net alsof ze wilden onthoofd worden. Ook al was dat nog al een bizar idee, het was levensecht getekend. Alsof ze er bij was geweest op het moment dat het gebeurde. Het tweede schilderij was een portret van een meisje wat vrolijk en warm lachte. Het zag er niet heel speciaal uit maar het meisje kwam me wel bekend voor. Myra was het zeker niet, die had ik meteen herkend, maar het was misschien wel familie van Claire. Ik wendde mijn blik naar het derde schilderij. Het was een gruwelijk schilderij van een beer en een leeuw die beiden aan het vechten waren maar niet tegen elkaar. Ze vochten tegen een mens dat er ongehavend uit zag. Een oor van de beer hing half los aan zijn hoofd en de leeuw miste de helft van zijn staart. Overal over de lichamen liepen sporen van bloed en sneeën alsof er met reusachtige klauwen over heen was geraspt. Ik had niet de indruk dat het mens het allemaal had gedaan maar op de rest van het schilderij, een bosomgeving, was niks te bekennen wat de dieren zo kon verwonden.
“Nogmaals hallo.” hoorde ik de koude en nu minder vriendelijke stem van Claire achter me. Even dacht ik dat mijn hart stil stond van schrik. Langzaam draaide ik me om en keek haar recht in haar ogen. Pikzwart en ijskoud waren ze. Weer kreeg ik voor de zoveelste keer deze week overal op mijn lichaam kippenvel.
“Sorry. Ik was gewoon erg benieuwd wat voor kunst u maakte en ik kon u niet vinden dus…” ik stopte. Aan haar gezicht kon ik zien dat ze niks van mijn smoesje geloofde. Langzaam kwam ze dichterbij en opeens voelde ik me net de leeuw en de beer samen. En tot mijn grote verbazing was zij het mens wat al die striemen en pijn kon veroorzaken als ze zou willen.
“Vind je het mooi?” vroeg ze, als de heks uit sneeuwwitje die een giftige appel aan me aanrijkte. Ik wilde zo snel mogelijk weg. De hele familie van Myra gaf me de kriebels en ik wist niet waar het door kwam.
“P..prachtig. Maar ik moest maar weer eens gaan. Mijn moeder wilde nog wat gaan doen met me.” probeerde ik me er slap uit te lullen.
“Die kan wel even wachten.” en langzaam kwam ze nog dichterbij totdat ze vlak voor me stond. Even was ik bang dat ze me aan zou vallen maar ze ging naast me staan met haar gezicht naar het doek toe van het derde schilderij.
“Wat denk je dat het betekend?” vroeg ze
“De mens is in staat een hoop schade aan te richten. Ook tegenover dieren waarvan je in eerste instantie niet zou denken dat ze door de mens geschaad zouden kunnen worden.” antwoordde ik zo snel mogelijk, hopend dat ze me dan vrij zou laten.
Even moest ze lachen. Haar perfect witte tanden werden ontbloot en haar ogen fonkelden gevaarlijk.
“Gewone mensen kunnen dieren helemaal niet zo toetakelen met de blote hand.” gromde ze nu gevaarlijk. Ik wist niet wat ik hier op moest zeggen. Wilde ze beweren dat ze zelf ook geen gewoon mens was. Wat nou als haar de hele familie van Myra iets anders dan een mens was? Ik realiseerde me dat ik dat al de hele tijd dacht maar geen bewijs ervoor had gevonden of een antwoord op wat ze dan wel niet waren. Nu had ik dat nog steeds. Ik beeldde me vast weer te veel in.
“Ga maar.” zij Claire ineens poeslief alsof ze bang was dat ik haar geheim anders zou ontdekken. Als ze al een geheim had.
Zo snel als ik kon verliet ik het atelier. Ik ging niet eens langs mijn moeder, ik ging direct naar huis. Die fantasie van mij die zou me nog eens de kop kosten!
Thuis aangekomen rukte ik een tekenblok uit mijn kast en begon verwoed te tekenen. Ik had geen idee wat ik aan het tekenen was als mijn hoofd er maar leeg van werd. Mijn ogen konden zich niet focussen maar alle lijnen samen vormde een gezicht. Toen ik rustig genoeg was om me weer te concentreren op dingen realiseerde ik me dat het gezicht dat ik had getekend precies hetzelfde was als het tweede schilderij van Claire wat ik had bekeken. Weer voelde ik mijn hart sneller gaan pompen. Ik was het zat, ik moest gewoon mezelf bewijzen dat het een doodnormale familie was. Was ik maar nooit zo nieuwsgierig geweest dan had ik mezelf ook nooit in de problemen gewerkt zoals nu zou gebeuren. Jammer dat ik dat zelf niet door had…
25.12.08
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Wow, je schrijft ook echt goed!
BeantwoordenVerwijderenAlsof ze me hoorde staren draaide ze zich om met een glimlach die haar perfect witte tanden te voorschijn toverde.
Dat vond ik echt de meest geniale zinXD